Een diepgroen, dicht en sterk gazon – wie wil dat nou niet? Toch lukt het veel mensen niet om hun grasmat echt in topconditie te houden. Vaak ligt dat niet aan het maaien of sproeien, maar aan een vergeten stap: bemesten. Net als jij heeft gras voeding nodig om gezond te blijven, te groeien en zich te weren tegen mos, onkruid en droogte. Bemesten is één van de stappen van goed gazononderhoud.
In deze gids ontdek je alles wat je moet weten over gazon bemesten. We leggen uit waarom het belangrijk is, wanneer je het beste kunt bemesten, welke meststoffen je gebruikt, en hoe je dat het slimst aanpakt.
Waarom je je gazon moet bemesten
Gras lijkt misschien een sterke plant die wel vanzelf groeit, maar schijn bedriegt. Een gazon krijgt het zwaar te verduren: het wordt betreden, gemaaid, soms te droog of juist te nat, en krijgt vaak te weinig voeding uit de bodem. Zonder regelmatige bemesting raakt de bodem uitgeput, en dat zie je terug in je grasmat: het wordt flets, dun, gevoelig voor mos en onkruid en herstelt slecht.
Door je gazon te bemesten:
• Voorzie je het gras van essentiële voedingsstoffen, zoals stikstof (voor de bladgroei), fosfor (voor de wortels) en kalium (voor stevigheid en weerstand).
• Stimuleer je een dichte grasmat, waardoor onkruid en mos minder kans krijgen.
• Herstelt je gazon sneller, bijvoorbeeld na maaien, betreding of droogte.
• Blijft je gras mooi groen en gezond, ook in warme of natte periodes.
Vergelijk het met een goede maaltijd: als je lichaam regelmatig de juiste voeding krijgt, functioneer je beter. Voor gras geldt precies hetzelfde.
Zonder bemesting zal je gazon het wel even uithouden, maar vroeg of laat zie je het verschil. Bemest je op de juiste momenten, dan investeer je in een sterk en weerbaar gazon het hele jaar door.

Wanneer moet je het gazon bemesten?
Het juiste moment kiezen om je gazon te bemesten is essentieel voor een gezonde groei. Gras heeft per seizoen andere behoeften. Door je bemesting hierop af te stemmen, geef je je gazon precies wat het nodig heeft – op het juiste moment.
Voorjaar (maart – april)
Na de winter is je gazon vaak verzwakt. Een voorjaarsbemesting helpt om snel te herstellen en de groei op gang te brengen. Kies een meststof met veel stikstof (N), zodat het gras weer diepgroen wordt en krachtig uitloopt.
Tip: Bemest pas als de temperatuur overdag regelmatig boven de 10 °C uitkomt en het gras begint te groeien.
Zomer (juni – juli)
In de zomer heeft je gras extra energie nodig om weerstand te bieden tegen hitte en droogte. Een bemesting in juni of begin juli helpt het gazon om sterk te blijven en uitdroging beter te weerstaan. Gebruik een meststof met een evenwichtige NPK-verhouding.
Let op: Bemest bij voorkeur ‘s avonds of op bewolkte dagen, en geef na het bemesten water om verbranding te voorkomen.
Najaar (september – oktober)
In het najaar bereid je je gazon voor op de winter. Bemest met een meststof die weinig stikstof en juist veel kalium bevat. Kalium versterkt de celstructuur van het gras, waardoor het beter bestand is tegen kou, schimmels en vorst.
Belangrijk: Gebruik speciale najaarsmest en bemest op tijd – bij voorkeur vóór eind oktober.
Bemestingskalender gazon (overzicht)
Maand | Actie | Type meststof |
---|---|---|
Februari | (optioneel) Kalk strooien | Tuinkalk |
Maart – April | Voorjaarsbemesting | Meststof met hoog stikstofgehalte (N) |
Juni – Juli | Zomerbemesting | Evenwichtige NPK-mest |
September – Oktober | Najaarsbemesting | Kaliumrijke mest (laag in stikstof) |
Extra tip: Wil je slechts twee keer per jaar bemesten? Kies dan voor het voorjaar en najaar. Daarmee dek je de belangrijkste groeifasen af.
Wat heb ik nodig?
Om je gazon goed te bemesten heb je maar een paar dingen nodig:
- Een geschikte meststof, afgestemd op het seizoen (voorjaars-, zomer- of najaarsmest)
- Een strooiwagen of handstrooier voor een gelijkmatige verdeling
- Een meetlint of app om je gazonoppervlak te berekenen
- Eventueel een tuinslang of sproeier om na het bemesten licht te besproeien
- (Optioneel) Tuinkalk als je bodem te zuur is
- Met deze basics ben je helemaal klaar om je gazon de juiste voeding te geven.
Hoe vaak moet je je gazon bemesten?
Hoe vaak je je gazon moet bemesten hangt af van het type meststof dat je gebruikt en hoeveel aandacht je aan je grasmat wilt besteden. Maar één ding is zeker: als je het gazon gezond, groen en dicht wilt houden, is regelmaat belangrijk.
Minimale bemesting: 2 keer per jaar
Heb je weinig tijd of houd je het graag simpel? Dan kun je volstaan met:
- Een voorjaarsbemesting (maart/april) – voor een groeiboost en frisgroen gazon.
- Een najaarsbemesting (september/oktober) – om het gras te versterken voor de winter.
Met alleen deze twee momenten houd je je gazon in acceptabele conditie, al zal het minder sterk reageren dan bij een intensiever schema.
Optimale bemesting: 3 tot 4 keer per jaar
Voor een topgazon bemest je bij voorkeur:
- Voorjaar (maart/april)
- Vroege zomer (juni)
- Late zomer of begin najaar (augustus/september)
- Late najaar (oktober) – optioneel, met speciale herfst- of wintermest
Bij deze aanpak houd je de voedingswaarden van je bodem constant op peil en stimuleer je het gazon het hele groeiseizoen.
Welk type meststof kies je?
Niet elke meststof is hetzelfde. De juiste keuze hangt af van het seizoen, de toestand van je gazon én jouw voorkeur voor snelheid of duurzaamheid. In deze sectie leggen we je uit waar je op moet letten, zodat je mest gebruikt die écht werkt voor jouw grasmat.
NPK: de drie bouwstenen van een gazonmeststof
Op elke verpakking zie je de NPK-verhouding staan. Dat staat voor:
- N = Stikstof (Nitrogen) – stimuleert bladgroei en zorgt voor diepgroene kleur.
- P = Fosfor (Phosphor) – versterkt de wortels en bevordert nieuwe groei.
- K = Kalium (Kalium) – vergroot de weerstand tegen droogte, kou en ziektes.
Afhankelijk van het seizoen ligt de nadruk op andere elementen. Voorjaar = meer stikstof. Najaar = meer kalium.
Organische mest vs. kunstmest
Eigenschap | Organische mest | Kunstmest |
---|---|---|
Oorsprong | Natuurlijk (bijv. compost, dierlijke mest) | Synthetisch (chemisch samengesteld) |
Werking | Langzaam, langdurige afgifte | Snel werkend, kortdurend effect |
Voedingsstoffen | Vaak lager in NPK, maar voedt ook het bodemleven | Hoog NPK-gehalte, direct beschikbaar voor gras |
Risico op verbranding | Klein | Groter bij overdosering |
Aantal toepassingen | Minder vaak nodig (bijv. 3× per jaar) | Vaker nodig (bijv. elke 6-8 weken) |
Milieuvriendelijkheid | Beter voor bodemstructuur en micro-organismen | Minder duurzaam, kans op uitspoeling |
Ons advies:
- Kies bij voorkeur organische mest als je streeft naar een duurzaam en veerkrachtig gazon.
- Gebruik kunst- of snelwerkende mest als je snel resultaat wilt, bijvoorbeeld na een kale winter of vlak voor een tuinfeest.
Tip: Sommige meststoffen combineren organisch én snelwerkend effect – dit kan een ideale middenweg zijn.
Gazonmest per seizoen
Veel merken bieden seizoensspecifieke gazonmest aan:
- Voorjaarsmest: hoog in stikstof voor groei en kleur
- Zomermest: uitgebalanceerde samenstelling voor weerstand
- Najaarsmest: kaliumrijk voor wintervoorbereiding
- Wintermest/kalk: pH-correctie en bodemverbetering in rustperiode
Let op de NPK-verhouding en kies altijd een mest die past bij de tijd van het jaar én de behoeften van je gazon.
Stappenplan: Gazon bemesten in 5 heldere stappen
Je weet nu wanneer en hoe vaak je je gazon moet bemesten, en welke meststof het best past. Tijd om aan de slag te gaan! Met dit simpele stappenplan zorg je ervoor dat jouw grasmat op de juiste manier voeding krijgt – zonder gedoe of fouten.
Stap 1: Kies de juiste meststof
Kijk naar het seizoen en de conditie van je gazon. Gebruik:
- Voorjaar: stikstofrijke mest voor een groeiboost
- Zomer: uitgebalanceerde mest voor weerbaarheid
- Najaar: kaliumrijke mest voor winterklaar gras
Let op de NPK-verhouding en kies bij voorkeur voor organische mest als je duurzaam wilt werken.
Stap 2: Bereken hoeveel mest je nodig hebt
Meet de oppervlakte van je gazon (lengte × breedte in m²). Op de verpakking van je meststof staat hoeveel kilo per vierkante meter je nodig hebt. Zo voorkom je overdosering of tekorten.
Voorbeeld: Bij 100 m² en een aanbevolen hoeveelheid van 30 g/m² heb je 3 kg nodig.
Stap 3: Verdeel de mest gelijkmatig
Gebruik bij voorkeur een strooiwagen of handstrooier voor een egaal resultaat. Loop in banen (horizontaal en verticaal) zodat je geen stukken overslaat of dubbel bemest.
Tip: Werk op een droge dag, maar bij vochtig gras (bijvoorbeeld ochtenddauw) blijft de mest beter liggen.
Stap 4: Geef water na het bemesten
Sproei je gazon lichtjes na om de mestkorrels op te lossen en in de bodem te laten trekken. Dit versnelt de opname en voorkomt verbranding, zeker bij kunstmest.
Geen regen voorspeld? Sproei dan zelf (2 × kort met ~30 min ertussen voor een goed effect).
Stap 5: Laat je gazon even met rust
Wacht minimaal een paar dagen met maaien of intensief belopen. Zo geef je de mest de tijd om opgenomen te worden en voorkom je verstoring van het bodemleven.
Let op: Gebruik je organische mest? Dan kun je het gazon meestal direct weer betreden, maar wacht toch even met maaien voor het beste resultaat.
Kalk strooien én bemesten – hoe zit dat?
Bij gazononderhoud hoor je vaak over kalk én mest. Maar hoe verhouden die twee zich tot elkaar? En in welke volgorde gebruik je ze?
Wat doet kalk eigenlijk?
Kalk verhoogt de pH-waarde van de bodem, oftewel: het maakt zure grond minder zuur. En dat is belangrijk, want gras groeit het beste bij een pH tussen 6 en 7. Is je bodem te zuur? Dan kan je gazon minder goed voedingsstoffen opnemen, zelfs als je wel bemest.
Kalk en mest: wat is de juiste volgorde?
Gebruik eerst kalk, daarna mest. Kalk verbetert de opname van meststoffen, maar moet eerst even zijn werk doen in de bodem.
Aanbevolen volgorde:
- Kalk strooien – bij voorkeur in februari of maart
- Wacht 2 tot 3 weken
- Dan pas bemesten
Op die manier heeft de kalk voldoende tijd om de zuurgraad te beïnvloeden, en profiteert je gras optimaal van de meststoffen.
Moet ik altijd kalken?
Niet per se. Alleen als je bodem te zuur is. Je kunt dit laten testen of zelf meten met een pH-testkit. Zit je onder pH 6? Dan is kalk strooien zinvol.
Let op: Kalk en mest nooit tegelijk strooien – dan werken ze elkaar tegen.
Tip: In je onderhoudskalender plan je kalk in het (vroege) voorjaar, bemesting iets later in het seizoen. Zo werk je stap voor stap aan een sterk en gezond gazon.
Wil je meer weten over kalk en hoe je het goed toepast? Lees dan ons uitgebreide artikel over kalk strooien.
Veelgemaakte fouten bij gazon bemesten
Zelf je gazon bemesten is niet moeilijk, maar het gaat nog vaak mis. Een verkeerde timing, te veel mest of juist het verkeerde type – en je gazon ziet er ineens slechter uit dan vóór je begon. Gelukkig zijn deze fouten makkelijk te voorkomen.
1. Te vroeg of te laat bemesten
Veel mensen bemesten al in februari of juist pas in juni. Te vroeg heeft weinig effect, omdat het gras dan nog niet groeit. Te laat, en je mist het moment waarop bemesting écht helpt.
Voorkom dit:
Houd je aan de juiste timing per seizoen. Voorjaar = vanaf maart/april, najaar = uiterlijk oktober.
2. Verkeerde meststof gebruiken
In de zomer nog een stikstofrijke voorjaarsmest gebruiken? Of juist najaarsmest in het voorjaar? Dat werkt averechts en verstoort de balans in je gras.
Voorkom dit:
Kies een meststof die past bij het seizoen én de conditie van je gazon. Kijk goed naar de NPK-verhouding op de verpakking.
3. Overbemesten
Meer is niet beter. Te veel mest kan het gras verbranden of het bodemleven verstoren. Vooral bij kunstmest ligt overbemesting op de loer.
Voorkom dit:
Meet je gazon op, volg de aanbevolen dosering, en strooi gelijkmatig.
4. Niet sproeien na het bemesten
Zeker bij kunstmest is sproeien essentieel. Zonder water kunnen de korrels blijven liggen en het gras verschroeien bij zonnig weer.
Voorkom dit:
Sproei na het bemesten of bemest vlak voor een milde regenbui. Geen regen? Geef dan zelf water met een tuinsproeier.
5. Kalk en mest tegelijk strooien
Kalk en mest werken elkaar tegen als je ze tegelijk gebruikt. Het effect van beide stoffen vermindert, en je verspilt tijd én geld.
Voorkom dit:
Eerst kalk, dan 2 à 3 weken wachten, dan bemesten.
6. Gazon meteen maaien na het bemesten
Na het strooien direct weer maaien is verleidelijk, maar zonde. Je verstoort het opnameproces en loopt het risico dat je de mest weghaalt voordat deze is opgenomen.
Voorkom dit:
Wacht minstens 5 tot 7 dagen met maaien na het bemesten.
Conclusie
Een mooi, gezond gazon vraagt om aandacht – en bemesting is daarin misschien wel de belangrijkste stap. Door op het juiste moment, met de juiste meststof én op de juiste manier te bemesten, geef je je grasmat alles wat het nodig heeft om te groeien, te herstellen en zich te weren tegen mos, onkruid en droogte.
Of je nu kiest voor een eenvoudige aanpak met twee bemestingen per jaar, of voor een volledige onderhoudskalender: regelmaat en zorgvuldigheid maken het verschil.
Wil je nog meer uit je gazon halen? Lees dan meer in onze serie gazononderhoud artikelen:
- Verticuteren: waarom en wanneer je dit het best doet
- Gazon kalken: wat je moet weten over pH en kalkgebruik
- Je gazon maaien, wanneer en hoe doe je dat?